Tijd, steeds minder, steeds meer nodig

De tijd stilzetten kan niet, ook niet in een doosjeMijn tante, de zus van mijn moeder, is dood. Ze is rottig overleden. Onverwacht. Geen lang ziekbed, dat gelukkig niet.

Ik had haar nog veel willen vragen. Ze wist zo veel van vroeger en vertelde daar graag over. Onder het mom dat ik daar nog eens wat mee wilde doen, had ik al een gesprek opgenomen. Ik zou terug komen. Ik wilde meer verhalen. Helaas ontbrak de tijd.

Haar kleindochter had hetzelfde plan. Nu is ze blij met die ene opname van de stem van haar oma.

Haar dochters, mijn nichtjes, vroegen me het gedicht Doosje van Annie M.G. Schmidt voor te dragen op haar begrafenis. Dat was fijn!

Doosje

Ik ben zo bang dat je strakjes verdwijnt,

vervaagt in mist en dan nooit meer verschijnt,

oplost in zonlicht of smelt in de regen,

ja, dat komt voor en wat doe je ertegen?

Wegvliegt door ’t raam als een heel domme vlinder,

hoge beloning voor Eerlijke Vinder.

Ik zou je het liefste in een doosje willen doen

en je bewaren, heel goed bewaren.

Dan zou ik je verzekeren voor anderhalf miljoen

en telkens zou ik eventjes het doosje opendoen

en dan strijk ik je zo zachtjes langs je haren.

Dan lig je in de watten en niemand kan erbij,

geen dief die je kan stelen, je bent helemaal van mij.

Ik zou je het liefste in een doosje willen doen

en dan telkens even kijken,

heel voorzichtig even kijken,

en dan telkens even kijken en een zoen.

Je mag er eventjes uit, elke dag.

Zeker dat mag. Ja, een uurtje, dat mag.

Laten we zeggen: naar ’t Vondelpark, even,

alleen om de eendjes wat eten te geven.

Maar ’k hou je vast, ook tegen je zin

en na een uur ga je ’t doosje weer in.

Laat een Reactie achter